Inez van Eijk

De hedendaagse Amy Groskamp-ten Have' - zo noemde het Parool Inez van Eijk eens. Maar Van Eijk is meer dan een schrijfster van hedendaagse etiquetteboeken. Zo schreef ze geschiedenisboeken over het Nederlandse studentenleven, taal-, schrijf- en sollicitatiehulpen en publiceerde ze een groot aantal amusante werken over stoplappen, spreekwoorden en dooddoeners. Inez van Eijk werd in 1940 geboren in Amsterdam, als enig kind van een echtpaar dat lang op haar komst had gewacht. Als 'oorlogskind' werd ze zeer beschermd opgevoed. 'Toen ik op de lagere school kwam, kon ik de neiging nauwelijks onderdrukken de kinderen in mijn klas met u aan te spreken,' vertelde ze in het Parool. 'Misschien dat ik daarom veel later over etiquette kon schrijven, omdat ik zo leerde opletten, kijken naar omgangsvormen, naar gedragsregels.' Van Eijk studeerde Nederlands in Amsterdam en sloot zich in 1957 aan bij de 'alternatieve' studentenvereniging De Olofspoort, waar ze in 2001 het boek Voorhoede van een andere tijd over zou schrijven. 'Dat besef is retrospectief. Hoewel ik me er in die jaren wel heel erg bewust van was dat we �nders waren. Heel democratisch, en we vatten studeren op als werken.' In haar studententijd nam Van Eijk diverse tijdelijke baantjes. Zo was ze assistente op de Openbare Leeszaal en hulp bij het Erefonds voor Oud-verpleegsters. Na haar afstuderen ging ze lesgeven. Al snel schreef ze daarnaast artikelen in onderwijsbladen en in het Algemeen Handelsblad. In 1971 hield ze op met lesgeven en freelancen en werd ze redacteur bij een nieuwe encyclopedie van Het Spectrum, geleid door Hans Gruijters. 'Toen die minister werd, bombardeerden ze mij tot hoofdredacteur. Een ploeg van zestig, ik was doorlopend bezig mensen met paringsdansjes te motiveren.' Na enige tijd hield Van Eijk de Spectrum-encyclopedie voor gezien en werd ze docent - en later conrector - op een havo/atheneum. Ze schreef een boek over de plannen rond de middenschool en publiceerde in 1978 Ik zeg maar zo, ik zeg maar niks, in 1980 gevolgd door Zo lust ik er nog wel ��n, beide boeken bevatten honderden clich�s, dooddoeners en stoplappen, en waren in een mum van tijd zeer populair. In dit genre verscheen in 1995 Als m'n tante een snor had... met meer dan 8000 zegswijzen. Ook verschenen er taal- en schrijfhulpboeken van haar hand, zoals De taalhulp (1985), De schrijfhulp (1986), De brievenhulp (1987), Groot taal- en manierenboek voor op het werk (1996) en Eekhoorntje op lange weg (1999). Laatstgenoemd boek - geschreven met de in 2000 overleden Egbert Warries - is een hulp voor schrijvers van korte verhalen en romans. Louis Stiller in Schrijven: 'Van plot tot dialoog, van spanning tot stijl. Geen steen blijft onomgekeerd. Dit alles maakt het tot een klassiek boek, dat zeer volledig en uiterst helder geschreven. In Eekhoorntje op lange weg geen omtrekkende bewegingen of duistere aanwijzingen, maar recht door zee, op weg naar een goed verhaal.' Een genre waarin Van Eijk haar bekendheid aan ontleent is de etiquette, of, zoals zij het zelf liever formuleert: sociale vaardigheden. In het begin van de jaren negentig verzorgde en presenteerde zij een Teleac-cursus over etiquette. Daarvoor had ze al jarenlang boeken geschreven over communicatie Had ik d�t maar gezegd en over hoe het wel en niet hoort, zoals Etiquette vandaag uit 1981. Van Eijk: 'Mijn moeder was vroeger geabonneerd op Eva, het Rijk der Vrouw en daar stond een rubriek over etiquette, ik meen zelfs door Amy Groskamp-ten Have. Die rubriek verslond ik en al schrijvende realiseerde ik me dat veel van die informatie was blijven hangen.' De laatste jaren werkt Inez van Eijk als zelfstandig schrijver, ghostwriter, journalist en adviseur. Naast haar eigen boeken en artikelen maakt ze brochures en teksten voor bedrijven en overheidsorganisaties. Met Eleonore Breukel schreef ze Wereldwijd zakendoen, waarin behalve sociale omgangsvormen in 19 landen ook andere aspecten van interculturele communicatie worden behandeld. Bovendien geeft Van Eijk trainingen op het gebied van taal en sociale vaardigheden - zowel aan groepen als individueel. Haar laatstverschenen boek is Voorhoede van een andere tijd, over de geschiedenis van de Studentensoci�teit Olofspoort in Amsterdam. Paul Arnoldussen in Het Parool: 'Olofspoort was een alternatieve studentenvereniging, vertelt Van Eijk in haar genoeglijk kabbelende, weinig pretentieuze maar op het oog zeer correcte geschiedschrijving. (...) De club was wars van conformisme: het namaak-chique gedoe met rokken en jacquets viel niet in goede aarde. Toch werd, als de representatie dat vroeg, nog wel eens een blauw pak aangetrokken, bijvoorbeeld bij een beleefdheidsbezoek aan het corps. (...) Maar de club was een warm bad, aardige mensen, echt een vereniging, aldus een ex-lid, 'voor mensen die geen lid van een vereniging willen zijn'.'